Oudste rechtspersonen

 

Van altaar naar kamer van koophandel.

Deze middeleeuwse rechtspersonen vallen pas sinds 1976 volledig onder het zelfde wettelijke rechtssysteem als gewone stichtingen.

Niet van vlees en bloed! Een rechtspersoon bestaat dankzij formulieren en stempelsIn de praktijk functioneerde de rechtspersoon-stichting in de middeleeuwen reeds lang voordat de Staat in de Wet op stichtingen van 31 mei 1956 (stb.327) formeel de vicarie als rechtspersoon-stichting erkende.

Een rechtspersoon is niet van vlees en bloed en kan toch aan het maatschappelijk verkeer deelnemen en eigenaar zijn van goederen. Middeleeuwers konden zich dat niet goed voorstellen. Dus zocht men een toevlucht tot een heilige die verbonden was aan een altaar. Dat was tastbaar. Nu verwijzen we naar de Kamer van Koophandel.

Pas veel later is men vicarieën gaan begrijpen als rechtspersoon-stichtingen.

De vicarieën werden in de middeleeuwen afzonderlijk opgericht in het wereldlijke recht respectievelijk in het kerkelijke recht. De stichtingen functioneerden aanvankelijk op basis van het in de praktijk ontwikkelde gewoonterecht.

Sinds de Franse tijd centraliseerde de Staat het toezicht op de vicariestichtingen. De Overheid oefende op grond van het besluit van de Souvereine Vorst van 8 mei 1814 nr. 147, preventief toezicht uit op de bestemming van de vicarieën, op dezelfde wijze als dat in ieder der provincies gebruikelijk was geweest. De hieraan verbonden goederen werden in de Staatsregeling van 1798 niet genationaliseerd.  Deze stichtingen bleven geregeld door het bestaande gewoonterecht.

De Wet van 29 oktober 1892 (stb.240) stelde een preventief toezicht op het beheer van vicariegoederen in.

Dit gecentraliseerde preventieve toezicht door de Overheid eindigde door de Wet van 30 oktober 1974 (stb.700) en de invoering van Boek 2 Burgerlijk Wetboek.

Artikel 55 Overgangswet Nieuw B.W. bepaalt dat vicarieën met ingang van 26 juli 1976 worden geregeerd door de bepalingen van boek 2 B.W. betreffende de stichtingen en staan daardoor nu onder rechterlijke controle (‘repressief toezicht’).

 

Overzicht van juridische ontwikkelingen van vicarie-stichingen op een rij gezet

De juridische achtergrond informatie over vicariestichtingen en informatie over de wijze waarop de Gelderse en nationale overheden in de afgelopen vijfhonderd jaar hiermee zijn omgegaan, is te vinden in het doctoraal onderzoek: Het toezicht door de overheid op vicariestichtingen. De beëindiging van een overheidstaak. Rijksuniversiteit Leiden 1982, herzien in 1989. U kunt deze publicatie hier downloaden: (PDF-file)

Deze publicatie is tot stand gekomen bij de voorbereiding van een juridische procedure tegen de Staat der Nederlanden, die in 1988 heeft geresulteerd in een uitspraak van de Hoge Raad.